homp

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  homp    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • homp
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘stuk, brok’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1573 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord homp hompen
verkleinwoord hompje hompjes

Zelfstandig naamwoord

dehompv/m

  1. een afgesneden of afgebroken brok voedsel

Gangbaarheid

  • Het woord homp staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
84 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.