hoogvogel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: hoogvogel (hulp, bestand)
Woordafbreking
- hoog·vo·gel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hoog bn en vogel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hoogvogel | hoogvogels |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de hoogvogel m
- (sport) de hoogste vogel bij het gaaischieten
- persoon die de baas is of de baas speelt
Synoniemen
- oppergaai
Gangbaarheid
- Het woord hoogvogel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.