hoogvogel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hoogvogel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hoog·vo·gel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hoogvogel hoogvogels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dehoogvogelm

  1. (sport) de hoogste vogel bij het gaaischieten
  2. persoon die de baas is of de baas speelt
Synoniemen
  • oppergaai

Gangbaarheid

  • Het woord hoogvogel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.