hovaardij

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hovaardij    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ho·vaar·dij
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van hoovaart met het achtervoegsel -ij[1]
enkelvoud meervoud
naamwoord hovaardij hovaardijen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dehovaardijv

  1. arrogantie, hoogmoed, verwatenheid, eigendunk, eigenwaan

Gangbaarheid

  • Het woord hovaardij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
59 %van de Nederlanders;
64 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.