huidkleurig

Uitspraak

• Geluid:  huidkleurig    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• huid·kleu·rig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  huid zn  en  kleur bn  met het achtervoegsel -ig

Bijvoeglijk naamwoord

huidkleurig

1. met de kleur van iemands huid

   ▸ Regisseur Franco Zeffirelli, die overleed in 2019, zou hun hebben verteld dat ze huidkleurig ondergoed zouden dragen tijdens de scène. Maar op de dag van het filmen zouden ze te horen hebben gekregen dat ze op hun lichaam alleen make-up zouden krijgen. Ook kregen ze naar eigen zeggen te horen dat de camera zo stond opgesteld dat er geen naakt te zien zou zijn.^[1]

   ▸ Een Brits modemerk heeft een lijn gelanceerd van huidkleurig ondergoed in verschillende tinten. Naast het gebruikelijke beige, dat winkels vaak als enige 'huidkleurige' optie aanbieden, bestaat de lijn ook uit meerdere tinten bruin. Twitteraars en mode-activisten zijn vol lof: de collectie van het merk Asos laat zien dat ook modemensen zich realiseren dat er meer vormen van schoonheid zijn dan wit, vinden zij.^[2]

Gangbaarheid

• Het woord huidkleurig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen