huisvrou

Afrikaans

enkelvoud meervoud
naamwoord huisvrou huisvroue
huisvrouens

Zelfstandig naamwoord

huisvrou

  1. huisvrouw
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.