impulso

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • im·pul·so
enkelvoud meervoud
impulso impulsos

Zelfstandig naamwoord

impulso m

  1. stoot, aandrijving, voortbeweging
  2. aandrift, prikkel, impuls, drang

Werkwoord

vervoeging van
impulsar

impulso

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van impulsar
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.