ingezet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ingezet    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɪŋɣəˌzɛt/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • in·ge·zet
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van: inzetten…
verbogen vorm: ingezette

ingezet

  1. voltooid deelwoord van inzetten
stellend
onverbogen ingezet
verbogen ingezette
partitief ingezets

Bijvoeglijk naamwoord

ingezet

  1. begonnen
  2. voor een bepaald doel gebruikt, ingeschakeld, op het spel gezet
  3. (kleding) naderhand als onderdeel van textiel aan een kledingstuk toegevoegd

Gangbaarheid

  • Het woord ingezet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.