ingoor
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ingoor (hulp, bestand)
- IPA: /ˈɪŋɣoːr/
Woordafbreking
- in·goor
Woordherkomst en -opbouw
- intensiverende afleiding van goor (bijvoeglijk naamwoord) met in- (versterkend voorvoegsel)[1]
| stellend | vergrotend | overtreffend | |
|---|---|---|---|
| onverbogen | ingoor | - | - |
| verbogen | ingore | - | - |
Bijvoeglijk naamwoord
ingoor
- heel smerig
Opmerkingen
Er bestaat geen vergrotende of overtreffende trap, maar er is wel een nog verder versterkte vorm: in- en ingoor.
Hyponiemen
- (intensivering) in- en ingoor
Gangbaarheid
- Het woord 'ingoor' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ "INGOOR" in Malssen, P.J. vanVan Dale's groot woordenboek der Nederlandsche taal 5e druk (1914); p. 838; geraadpleegd 2015-07-26
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.