inhaalstrook

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  inhaalstrook    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·haal·strook
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord inhaalstrook inhaalstroken
verkleinwoord inhaalstrookje inhaalstrookjes

Zelfstandig naamwoord

deinhaalstrookv/m

  1. (verkeer) een gedeelte van de weg die gereserveerd is om andere voertuigen in te halen
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord inhaalstrook staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.