inlui
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: inlui (hulp, bestand)
- IPA: /ˈɪnlœy/
Woordafbreking
- in·lui
Woordherkomst en -opbouw
- intensiverende afleiding van lui (bijvoeglijk naamwoord) met in- (versterkend voorvoegsel)[1]
| stellend | vergrotend | overtreffend | |
|---|---|---|---|
| onverbogen | inlui | - | - |
| verbogen | inluie | - | - |
Bijvoeglijk naamwoord
inlui
- heel vadsig
- Na het eten lag de kater inlui in zijn mand.
Opmerkingen
Er bestaat geen vergrotende of overtreffende trap, maar er is wel een nog verder versterkte vorm: in- en inlui.
Synoniemen
Hyponiemen
- (intensivering) in- en inlui
Gangbaarheid
- Het woord 'inlui' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ zie "lui3" in Boon, C.A. den & D. Geeraerts (red.)Van Dale: Groot woordenboek van de Nederlandse taal 14e druk (2005) Van Dale Lexicografie Utrecht/Antwerpen; cd-rom
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.