inschalk
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: inschalk (hulp, bestand)
- IPA: /ˈɪnsχɑlək/
Woordafbreking
- in·schalk
Woordherkomst en -opbouw
- intensiverende afleiding van schalk (bijvoeglijk naamwoord) met in- (versterkend voorvoegsel)[1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | inschalk | - | - |
verbogen | inschalke | - | - |
Bijvoeglijk naamwoord
inschalk
- (verouderd) heel gedurfd grappig
Gangbaarheid
- Het woord 'inschalk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.