insmeren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  insmeren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·sme·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
insmeren
smeerde in
ingesmeerd
zwak -d volledig

Werkwoord

insmeren

  1. overgankelijk bedekken met een dunne laag olie of zalf
    • Ben je al ingesmeerd met zonnebrandolie? 
  2. wederkerend zich insmeren met: zich bedekken met een dunne laag olie of zalf
     Ik smeerde me van top tot teen in met factor 50, hees mijn zware rugzak op mijn rug en liep omhoog richting ‘Pinchot Pass’.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord insmeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.