instampen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  instampen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·stam·pen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
instampen
stampte in
ingestampt
zwak -t volledig

Werkwoord

instampen [2]

  1. overgankelijk door stampen in elkaar duwen
  2. (figuurlijk) overgankelijk met veel geweld iemand iets aanleren
Afgeleide begrippen
  • instamper, instamperij, instampster

Gangbaarheid

  • Het woord instampen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.