intercom

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  intercom    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·ter·com
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘huistelefoon’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1974 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord intercom intercoms
verkleinwoord intercommetje intercommetjes

Zelfstandig naamwoord

deintercomm

  1. communicatiesysteem binnen één gebouw
Synoniemen
  1. huistelefoon

Gangbaarheid

  • Het woord intercom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.