jeugdige

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  jeugdige    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈjøɣdəɣə/
Woordafbreking
  • jeug·di·ge
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

jeugdige

  1. verbogen vorm van de stellende trap van jeugdig
     Een complete tegenpool van deze ultra-lighter was Banjo die juist helemaal niet op gewicht lette. Deze blije jongen, vol jeugdige romantiek, droeg zijn gitaar en skateboard elke bergpas over.[1]
enkelvoud meervoud
naamwoord jeugdige jeugdigen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dejeugdigev/m

  1. jong persoon

Gangbaarheid

  • Het woord jeugdige staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.