kaaklozen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kaaklozen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈkaklozə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • kaak·lo·zen
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

dekaaklozenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord kaakloze
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (dieren) superklasse Agnatha , waterdieren met een langgerekt lichaam zonder schubben en een ronde bek met tanden
     Prikken vormen met wat verwante soorten de laatste restanten van de kaaklozen, Agnatha.[1]
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
  • [2] zie de categorie: Kaaklozen in het Nederlands
Verwante begrippen
  • [2] zie de categorie Vissen in het Nederlands

Gangbaarheid

  • Het woord 'kaaklozen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Jelle Reumer
    “Het glasaaltje. Hoe weten deze minuscule wezentjes de weg terug naar Europa te vinden?” (19 maart 2022) op trouw.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.