kaketoe

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kaketoe    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈkakəˌtu/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ka·ke·toe
Woordherkomst en -opbouw
  • van Indonesisch kakatua, in de betekenis van ‘papegaaiachtige’ voor het eerst aangetroffen in 1662 [1] [2] [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord kaketoe kaketoes
verkleinwoord kaketoetje kaketoetjes

Zelfstandig naamwoord

dekaketoem

  1. (papegaaiachtigen) benaming voor papegaaiachtige vogels uit de familie Cacatuidae 

Gangbaarheid

  • Het woord kaketoe staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
89 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.