kerkeren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kerkeren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ker·ke·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van kerker met het achtervoegsel -en

Werkwoord

kerkeren [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
kerkeren
kerkerde
gekerkerd
zwak -d volledig
  1. iemand opsluiten in een onderaardse gevangenis
     Het was haar niet genoeg mijn vader en al mijn bloedverwanten te kerkeren - ik ontbrak er nog.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord kerkeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “De leeuw van Vlaanderen” (1838), Davidsfonds/Clauwaert, ISBN 9063063334
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.