kerstkoek
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kerstkoek (hulp, bestand)
Woordafbreking
- kerst·koek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kerstkoek | kerstkoeken |
verkleinwoord | kerstkoekje | kerstkoekjes |
Zelfstandig naamwoord
de kerstkoek m
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.