kleine buideleekhoorn

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kleine buideleekhoorn    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • klei·ne bui·del·eek·hoorn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kleine buideleekhoorn kleine buideleekhoorns
verkleinwoord klein buideleekhoorntje kleine buideleekhoorntjes

Zelfstandig naamwoord

dekleine buideleekhoornm

  1. (buideldieren) Dactylopsila palpator  buideldier uit de familie van de buideleekhoorns (Petauridae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Milne-Edwards in 1888. De soort komt voor in Indonesië en Papoea-Nieuw-Guinea
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'kleine buideleekhoorn' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.