kotgenoot

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kotgenoot    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kot·ge·noot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kotgenoot kotgenoten
verkleinwoord kotgenootje kotgenootjes

Zelfstandig naamwoord

dekotgenootm

  1. een medebewoner van een studentenkot
    • Mijn kotgenoot is een behulpzame vriend. 

Gangbaarheid

  • Het woord 'kotgenoot' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.