lad

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  lad (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /læd/
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
lad lads

Zelfstandig naamwoord

lad

  1. (persoon) jongeman, jongen, knaap
    «I was a lad then.»
    Ik was toen een jongeman.

Gangbaarheid

99 %van de Amerikanen;
99 %van de Britten.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 18 februari 2020 “Measures of word prevalence for 61,800 English words” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.