lamenteren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lamenteren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • la·men·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘jammeren’ voor het eerst aangetroffen in 1384 [1]
  • afgeleid van het Franse lamenter (met het achtervoegsel -eren) [2] [3]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
lamenteren
lamenteerde
gelamenteerd
zwak -d volledig

Werkwoord

lamenteren

  1. inergatief een jammerklacht aanheffen
    • Er werd gejammerd en gelamenteerd, maar de plannen werden toch doorgezet. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord lamenteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
72 %van de Nederlanders;
82 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.