langoer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  langoer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • lan·goer
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Hindi [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord langoer langoeren
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

delangoerm

  1. (primaten) Presbytini  lid van de geslachtengroep van de familie apen van de Oude Wereld
     Heuglijk nieuws in bange tijden. De Apenheul meldt deze eerste paasdag de geboorte van een hanuman langoer.[2]
     Tot voor kort werden nog tamme grijze langoeren, een grotere apensoort, aan de ministeries ingezet om kleinere apen die op talloze plaatsen voor problemen zorgen op afstand te houden.[3]
Synoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord langoer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
23 %van de Nederlanders;
24 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. langoer op website: Etymologiebank.nl
  2. Weblink bron
    Arnoud Heins
    “Heuglijk nieuws in bange tijden: baby geboren in de Apenheul” (12-04-2020), Tubantia
  3. Weblink bron
    gjs
    “Aapimitatoren ingezet tegen apenplaag in New Delhi” (01/08/2014), De Standaard
  4. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.