leertje

Nederlands

Uitspraak

Geluid: leertje (hulp, bestand)

Woordafbreking

leer·tje

Zelfstandig naamwoord

het leertje o

verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord leer
(loodgieterij) rubberring, opzetring, rubberen opzetstuk tussen twee metalen pijpstukken ter voorkoming van lekkage,

Synoniemen

kraanleertje

Vertalingen

2. rubberen opzetstuk tussen pijpstukken

Duits: (Gummi-)Flachdichtung ^(de) v
Engels: rubber seal ^(en), sealing ring ^(en), rubber gasket ^(en)
Frans: joint ^(fr) (d'étanchéité) m

Italiaans: guarnizione ^(it) (di rubinetto) v
Spaans: junta de estanqueidad ^(es) v

Gangbaarheid

Het woord leertje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "leertje" herkend door:

88 %	van de Nederlanders;
66 %	van de Vlamingen.^[1]

Verwijzingen

↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.