leken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  leken    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • le·ken
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
leken
leekte
geleekt
zwak -t volledig

Werkwoord

leken

  1. absoluut (verouderd) druipen, druppelen, vloeien
    • Zijn ogen leekten. 

Werkwoord

vervoeging van
lijken

leken

  1. meervoud verleden tijd van lijken
    • Wij leken. 
    • Jullie leken. 
    • Zij leken. 
     Het leken wel geweerschoten, die steeds dichterbij kwamen.[1]

Zelfstandig naamwoord

delekenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord leek

Gangbaarheid

  • Het woord leken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Middelnederlands

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden tijd voltooid
deelwoord
enkelvoud meervoud
leken lac laken geleken
klasse 5  volledig   

Werkwoord

leken

  1. vloeien, stromen, leken.
    • ..die hem menech gat stac,
      daar dat bloet ute lac
      over sijn heilech anscijn.
      -Der Leken Spieghel II, LIII, 40.[1] 
Afgeleide begrippen

Verwijzingen

  1. blz 197. Nieuw Nederlandsch taalmagazijn. Lambert Allard te Winkel 1857


Nynorsk

Woordafbreking
  • le·ken

Zelfstandig naamwoord

leken, m

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van lek

Zelfstandig naamwoord

leken, m

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van leke
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.