liggend
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: liggend (hulp, bestand)
- IPA: / ˈlɪɣənt / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- lig·gend
Woordherkomst en -opbouw
- liggen met uitgang -d
Werkwoord
vervoeging van: | liggen |
verbogen vorm: | liggende |
liggend
- onvoltooid deelwoord van liggen
stellend | |
---|---|
onverbogen | liggend |
verbogen | liggende |
partitief | liggends |
Bijvoeglijk naamwoord
liggend
- zich horizontaal en in rust bevindend
- Patiënten worden liggend vervoerd in een ambulance.
- Liggend in bed las hij de krant.
Hyponiemen
|
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord liggend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "liggend" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.