lijdelijkheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lijdelijkheid    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • lij·de·lijk·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lijdelijkheid
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

delijdelijkheidv

  1. het op een passieve manier, zonder eigen overweging doen wat een andere zegt dat men moet doen
     Maar in al haar lijdelijkheid had zij zich juist volledig aan hem overgegeven.[2]
     De meeste notarissen handelden volgens 'het principe van de lijdelijkheid'. Dat maakte ze volgens Schütz tot een robot. Met het "lijdelijk" zijn, legden ze de verantwoordelijkheid voor hun handelen bij de partijen die de overeenkomst sloten. Ze hielden zich alleen bezig met het exact vastleggen en bewaren van de transactie.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord lijdelijkheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij , ISBN 9789023479925
  3. Weblink bron “Meeste notarissen deden mee aan verkoop Joodse huizen” (26-11-2016), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.