lobbig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lobbig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • lob·big
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van lob met het achtervoegsel -ig [1]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen lobbiglobbigerlobbigst
verbogen lobbigelobbigerelobbigste
partitief lobbigslobbigers-

Bijvoeglijk naamwoord

lobbig

  1. (van kleren:) ruim [2]
  2. van een dikvloeibare gebonden consistentie [3]
    • Na toevoeging van wat bloem maakte hij er een lobbige saus van. 
Verwante begrippen
  • [2] drillig

Gangbaarheid

  • Het woord lobbig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
83 %van de Nederlanders;
78 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.