lodder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lodder    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • lod·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lodder lodders
verkleinwoord loddertje loddertjes

Zelfstandig naamwoord

delodderm [3] [4]

  1. lomp, flard, prul
Afgeleide begrippen

Werkwoord

vervoeging van
lodderen

lodder

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lodderen
    • Ik lodder. 
  2. gebiedende wijs van lodderen
    • Lodder! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lodderen
    • Lodder je? 

Gangbaarheid

  • Het woord lodder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
66 %van de Nederlanders;
63 %van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.