loggia

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  loggia    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • log·gia
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Italiaans, in de betekenis van ‘overdekte galerij’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1886 [1] [2] [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord loggia loggia's
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deloggiav/m

  1. overdekte galerij, vroeger door zuilen of pilaren gedragen
  2. een balkon dat binnen het (schuine) dakvlak valt
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord loggia staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
57 %van de Nederlanders;
38 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.