loyaal

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  loyaal    (hulp, bestand)
  • IPA: /loˈjal/, of:  /lwɑˈjal/  bij meer oorspronkelijke uitspraak
Woordafbreking
  • lo·yaal, of:  loy·aal  bij meer oorspronkelijke uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘trouw’ voor het eerst aangetroffen in 1281 [1]
  • afgeleid van het Franse loyal (met het achtervoegsel -aal) [2] [3]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen loyaalloyalerloyaalst
verbogen loyaleloyalereloyaalste
partitief loyaalsloyalers-

Bijvoeglijk naamwoord

loyaal

  1. trouw zijnd aan iemand of de groep waartoe iemand behoort
    • Volgens Harris tonen de opmerkingen van John Kelly aan dat Trump "geen leger wil dat loyaal is aan de grondwet van de VS. Hij wil een leger dat hem persoonlijk trouw zal zijn, iemand die zijn bevelen zal gehoorzamen, zelfs als hij hen zegt de wet te overtreden of hun eed aan de grondwet te negeren".[4] 
Verwante begrippen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord loyaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.