maatje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  maatje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈmacə/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ma·tje

Zelfstandig naamwoord

hetmaatjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord maat
Woordafbreking
  • maat·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord maatje maatjes
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetmaatjeo dim. tant.

  1. vriendje
  2. inhoudsmaat van 0,1 liter
  3. maatjesharing
Verwante begrippen
Overerving en ontlening

Zelfstandig naamwoord

hetmaatjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord maat
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord maatje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.