magnaat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  magnaat    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mag·naat
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘iem. met veel invloed’ voor het eerst aangetroffen in 1780 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord magnaat magnaten
verkleinwoord magnaatje magnaatjes

Zelfstandig naamwoord

demagnaatm [3]

  1. zeer rijk en daardoor invloedrijk persoon
Synoniemen
Vertalingen
   1. zie: tycoon   

Gangbaarheid

  • Het woord magnaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
92 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.