mastectomie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  mastectomie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mas·tec·to·mie
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘borstamputatie’ voor het eerst aangetroffen in 1979 [1]
  • afgeleid van het Griekse 'mastos' (borst) met het achtervoegsel -ectomie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord mastectomie mastectomieën
verkleinwoord mastectomietje mastectomietjes

Zelfstandig naamwoord

demastectomiev

  1. (medisch) het amputeren van een vrouwenborst
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord mastectomie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
59 %van de Nederlanders;
64 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.