meergeneratiewonen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: meergeneratiewonen (hulp, bestand)
- IPA: / ˌmerɣenəˈra(t)siˌwonə(n) / (7 lettergrepen)
Woordafbreking
- meer·ge·ne·ra·tie·wo·nen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van meer bn, generatie zn en wonen ww , wellicht een terugvorming uit meergeneratiewoning zn
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
meergeneratiewonen - |
- | |
onvolledig |
Werkwoord
meergeneratiewonen
- (bouwkunde) blijvend samen behuisd zijn van volwassenen die tot verschillende generaties behoren
- ▸ Flier: "We leven voor het eerst in ons bestaan met vier generaties tegelijk, omdat we steeds ouder worden. De verwachting is dat we over circa twintig jaar zelfs met vijf generaties naast elkaar leven. Daarnaast blijven ouderen steeds langer thuis wonen. Het biedt kansen voor meergeneratiewonen om op basis van gemeenschappelijke waarden tijd, kennis en ruimte met elkaar te delen."[1]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord meergeneratiewonen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Floor Roelvink“Meergeneratiewonen: Met je (schoon)ouders onder één dak” (8 dec 2018) op nu.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.