meevaren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  meevaren    (hulp, bestand)
  • IPA: /'mevarə(n)/
Woordafbreking
  • mee·va·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
meevaren
voer mee
meegevaren
klasse 6 volledig

Werkwoord

meevaren

  1. ergatief anderen vergezellen op een boottocht
    • Zij voeren met hen mee tot de volgende haven. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord meevaren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.