memoreren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  memoreren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • me·mo·re·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘herinneren’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1901 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
memoreren
memoreerde
gememoreerd
zwak -d volledig

Werkwoord

memoreren

  1. herinneren, onthouden
  2. prenten in het geheugen
  3. gedenken, herdenken
  4. aanstippen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord memoreren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
58 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.