mesozoïcum

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  mesozoïcum    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌmesoˈzowikʏm/
Woordafbreking
  • me·so·zoï·cum, me·so·zo·icum
Woordherkomst en -opbouw
  • van Engels Mesozoic, in 1840 gebruikt door de Engelse geoloog J. Phillips samen met "Cenozoic" als uitbreiding op het al gebruikte "Palaeozoic"[1]; samenstellend afgeleid van Oudgrieks μέσος (mésos) "midden" en ζωή (zoè) "leven" met het achtervoegsel -icum, omdat het tussen het paleozoïcum en het kaenozoïcum ligt[2][3]
enkelvoud meervoud
naamwoord mesozoïcum -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetmesozoïcumo

  1. (geologie) geologische tijdperk waarin de dinosaurussen leefden, tweede era van het eon fanerozoïcum van 252 tot 66 miljoen jaar geleden
    • Wie gaat nu nog onder klapperende banieren staan zingen met het gezicht richting Hollandse kusten? En dat bij een steen uit het mesozoïcum? [4]
Schrijfwijzen
  • Vóór 2006 was de spelling Mesozoïcum. In specialistische publicaties blijft volgens de Taalunie spelling met een hoofdletter mogelijk, zie hier.
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord mesozoïcum staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.