metropolitaan

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  metropolitaan    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • me·tro·po·li·taan
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord metropolitaan metropolitanen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

demetropolitaanm

  1. bisschop die aan het hoofd van een kerkprovincie staat; in de westerse Kerk: aartsbisschop; in de Griekse Kerk: bisschop die in rang boven een aartsbisschop en onder een patriarch staat; metropoliet
Vertalingen
   1. zie: aartsbisschop   
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen metropolitaanmetropolitanermetropolitaanst
verbogen metropolitanemetropolitaneremetropolitaanste
partitief metropolitaansmetropolitaners-

Bijvoeglijk naamwoord

metropolitaan

  1. grootstedelijk
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord metropolitaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.