misdadigheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  misdadigheid    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mis·da·dig·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord misdadigheid misdadigheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

demisdadigheidv

  1. het aanwezig zijn van crimineel gedrag
     Hij alleen, met zijn in Italië en Egypte uitgewerkte ideaal van roem en grootheid, met zijn waanzinnige zelfverafgoding, met zijn brutale misdadigheid, met de openlijke manier waarop hij liegt hij alleen is bij machte te rechtvaardigen wat te gebeuren staat.[2]
     Het filmpje werd online snel verspreid onder diverse media en stond symbool voor de 'misdadigheid' die gold in de straten van Londen in augustus.[3]
  2. crimineel gedrag
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord misdadigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Oorlog en Vrede” (1869), G.A. van Oorschot , ISBN 9789028251151
  3. Weblink bron “'YouTube robbers' schuldig aan beroving student” (02-03-2012), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.