molligheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  molligheid    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mol·lig·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord molligheid molligheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

demolligheidv

  1. het wat overgewicht hebben; de ronde vormen van een baby hebbend
     Die molligheid, goed, dat kon minder, mooi was ze toch wel.[2]
     Dit alles vervat in een molligheid, die overigens nooit lomp wordt wegens de tevens aanwezige citrus.[3]
  2. de ronde vormen van een baby hebbend
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord molligheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Tonio : een requiemroman” (2011), De Bezige Bij , ISBN 9789023467014
  3. Weblink bron “Visveelzijdig” (10/09/2010), HP de Tijd
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.