molton
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: molton (hulp, bestand)
Woordafbreking
- mol·ton
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘dik weefsel’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1]
- uit het Frans molleton [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | molton | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het molton o [3]
- wolachtige stof
- deken gemaakt van molton die over de matras gelegd kan worden
Gangbaarheid
- Het woord molton staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "molton" herkend door:
88 % | van de Nederlanders; |
59 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "molton" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ molton op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.