monochromator

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  monochromator    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mo·no·chro·ma·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord monochromator monochromators
verkleinwoord monochromatortje monochromatortjes

Zelfstandig naamwoord

demonochromatorm

  1. (optica) een toestel dat, gewoonlijk door strooiing aan een rooster, slechts één bepaalde golflengte van de aangeboden straling doorlaat
    • Voor Röntgenstraling bestaat een monochromator gewoonlijk uit een éénkristal dat onder een specifieke hoek belicht wordt. 

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.