motiveren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  motiveren    (hulp, bestand)
  • IPA: /moːtiˈveːrə(n)/
Woordafbreking
  • mo·ti·ve·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘met redenen omkleden’ voor het eerst aangetroffen in 1824.[1]
  • Leenwoord uit Frans motiver.[2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
motiveren
motiveerde
gemotiveerd
zwak -d volledig

Werkwoord

motiveren overgankelijk

  1. van argumenten, gronden of redenen voorzien
  2. (psychologie) enthousiast maken
     Ik had er soms ook moeite mee om elke dag weer gemotiveerd door te gaan.[3]
     Heel veel dank aan mijn mentor René Boender. Hij geloofde in mij, motiveerde me groot te denken.[3]
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord motiveren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.