noordhoek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  noordhoek    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • noord·hoek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord noordhoek noordhoeken
verkleinwoord noordhoekje noordhoekjes

Zelfstandig naamwoord

denoordhoekm

  1. de hoek die in het noord gelegen is.
    • In de noordhoek van de stad ligt een groot park. 
Verwante begrippen

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.