nostalgicus

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  nostalgicus    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • nos·tal·gi·cus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nostalgicus nostalgici
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

denostalgicusm

  1. persoon die verlangt naar het herstel van het verleden; persoon die het verleden verheerlijkt; persoon die heimwee heeft naar het verleden
     Als Kron daarop wees, werd hij een hopeloze nostalgicus genoemd en zakte zijn dochter Kathrin door de grond van schaamte.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord nostalgicus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. “Ons soort mensen” (2016), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026334672
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.