nukkig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  nukkig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • nuk·kig
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van nuk met het achtervoegsel -ig
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen nukkignukkigernukkigst
verbogen nukkigenukkigerenukkigste
partitief nukkigsnukkigers-

Bijvoeglijk naamwoord

nukkig

  1. (psychologie) iemand met een grillige en chagrijnige stemming of karakter
    • Het nukkige meisje trok een pruilmondje en stampte met haar voeten op de grond. 
    • Het nukkige kind deed expres alles verkeerd. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord nukkig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.