objective

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  objective (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /əbˈd͡ʒɛk.tɪv/
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
objectivemore objectivemost objective

Bijvoeglijk naamwoord

objective

  1.  objectief bn 
  2. (grammatica) voorwerpelijk, waar de handeling van een werkwoord op gericht is (gezegd over een naamwoord)
Antoniemen
  •  subjective bn 
enkelvoud meervoud
objective objectives

Zelfstandig naamwoord

objective

  1. doelstelling
  2. (militair) doelwit, gewenste uitkomst van een actie
  3. (optica)  objectief zn , lens die het dichtst bij het bekeken voorwerp is
  4. (grammatica) voorwerp van een werkwoord, datgene waar de handeling op gericht is
  5. (grammatica) voorwerpsvorm van een naamwoord
  6. (filosofie) voorwerp uit de werkelijkheid

Gangbaarheid

100 %van de Amerikanen;
100 %van de Britten.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 18 februari 2020 “Measures of word prevalence for 61,800 English words” op ugent.be

Frans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ɔb.ʒɛk.tiv/
Woordherkomst en -opbouw
  •  objectif bn  met de uitgang -e, waarbij de slotmedeklinker weer stemhebbend wordt

Bijvoeglijk naamwoord

objective

  1. vrouwelijk enkelvoud van objectif
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.