oecumenisch

Nederlands

Uitspraak

Geluid: oecumenisch (hulp, bestand)
IPA: / ˌøkyˈmenis / (4 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˌø.kyˈme.nis/, /ˌø.kəˈme.nis/

Woordafbreking

oe·cu·me·nisch

Woordherkomst en -opbouw

Afleiding van oecumene met het achtervoegsel -isch

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	oecumenisch	oecumenischer
verbogen	oecumenische	oecumenischere
partitief	oecumenisch	oecumenischers	-

Bijvoeglijk naamwoord

oecumenisch

(religie) tussen kerken, van meerdere kerkgenootschappen
- Bij het oecumenisch overleg konden de protestante en katholieke afgevaardigden het niet helemaal eens worden.

Synoniemen

interkerkelijk

Antoniemen

intrakerkelijk

Vertalingen

1. tussen kerken, van meerdere kerkgenootschappen

Duits: ökumenisch ^(de)
Engels: ecumenical ^(en), œcumenical ^(en), oecumenical ^(en)
Frans: œcuménique ^(fr)
Pools: ekumeniczny ^(pl)

Gangbaarheid

Het woord oecumenisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "oecumenisch" herkend door:

84 %	van de Nederlanders;
77 %	van de Vlamingen.^[1]

Verwijzingen

↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.